Na eerder dit jaar, om precies te zijn op 8 januari 2012, de grote burgemeester op de Friese levenslijst te hebben gezet, staat nu ook de kleinere broer op deze lijst. Het heeft wat voeten in aarde gehad om deze vogel te zien. Hoe het is gegaan probeer ik hieronder te reconstrueren. Zondagmorgen, kwart over zeven zit ik met mijn zoontje al beneden. Allebei zijn we klaar wakker. Ik ga bedenken wat de plannen voor vandaag zijn. Het waait hard en er komen een aantal stevige buien deze kant op. Nadat ook vrouw en dochter uit bed zijn besluit ik om naar Holwerd te gaan en dan maar zien of het de moeite waard is om buiten te zijn. Aangekomen bij de pier van Holwerd begint het te regenen. Zeer slecht zicht en een harde wind maakt het vogelen bijna onmogelijk. Ik vind nog twee witbuikrotganzen, een paar kanoeten, veel oeverpiepers en een dode zeekoet die als maaltje dient voor een grote mantelmeeuw. Na ongeveer anderhalf uur, het regent nog steeds, hou ik het voor gezien en rij weer richting huis. Tijd voor een lekkere bak koffie. Thuis aangekomen kijk ik op internet en zie op Lauwersmeer.com de melding van een kleine burgemeester in Drachten. Deze soort heb ik al een paar keer gezien, maar voor Friesland is dit nog niet gelukt. Dit is ook niet zo vreemd omdat de laatste twitchbare kleine Burrie van Friesland zo’n 15 jaar geleden was. Dus een behoorlijk aantal Friese vogelaars heeft deze soort nog niet op zijn of haar lijst. De keus is dan ook snel gemaakt, ik moet naar Drachten!!.
Voor ik het weet zit ik weer in de auto, maar nu richting Drachten. Aangekomen op “de plek” komt Vincent mij tegemoet rijden. De ramen gaan open en hij zegt, helaas de vogel is al meer dan een half uur weg. Balen!! Maar ja, de vogel zal wel weer terugkomen op deze plek (oude plektheorie). Sietse Bernardus heeft de vogel voor het laatst gezien en verteld over het hoe en wanneer. Nu is het een kwestie van wachten. Het stormt en regent nog steeds, dus de auto fungeert als vogelkijkhut. Belangrijk is het dan om vooral geen radio, lichten of overige apparatuur van de auto aan te laten. Remco Been komt hier ook achter. Hij vraagt of iemand van ons een paar startkabels heeft want zijn auto start niet meer. Van alle vogelaars die hier staan is er helaas niet één die deze vraag bevestigend kan beantwoorden. Dan maar de ANWB bellen, zij zorgen er netjes voor dat Remco een half uur later weer zijn weg kan vervolgen. Ondertussen is er nog geen spoor van de kleine burrie. Ik en samen met mij de andere vogelaars, beginnen het somber in te zien. Het enige positieve tot dan toe is de mededeling van Sietse dat het om kwart voor 1 droog gaat worden :). Er worden hele broden in het water gegooid, maar zonder resultaat. Ondertussen is Vincent weer naar huis gegaan met de medeling “ik kom later in de middag wel weer terug”. Om ongeveer half twee hou ik het ook maar voor gezien, ik heb nog niet gegeten en thuis zijn er lekkere broodjes hamburgers klaar gemaakt. Als ik in de auto zit belt Jacob. Hij gaat straks naar Drachten en vraagt of ik mee wil. Ik vertel dat ik er net vandaan kom zonder resultaat. We spreken af dat ik snel thuis de hamburgers ga opeten en dat hij mij dan oppikt zodat we samen weer richting Drachten gaan. Om half drie rijden we opnieuw naar Drachten. Halverwege krijg ik een telefoontje van Vincent, de vogel is nu ter plaatse!! We vragen hem om de vogel nog een kwartiertje vast te houden. Als we weer op de plek aankomen, komt Vincent naar ons toe rijden (ai een déjavu). De ramen gaan weer naar beneden en Vincent vraagt, heb je hem nog gezien?. Wij antwoorden met NEEEEE!. Hij is net hoog weggevlogen. Wat nu? Vincent gaat naar huis en wij gaan bij de andere vogelaars staan, Rommert, David, Andries, Jaring, Bouke, Jan e.a. We merken op dat wij in ieder geval niet de enige zijn die de vogel gedipt hebben. We besluiten om maar weer te wachten. Ondanks de harde wind en af en toe wat druppen is het geen straf. Het is wel weer gezellig om bij te praten. Dan om ongeveer half vier, kwart voor vier krijgt Jacob een telefoontje van Rommert dat zij de kleine burrie hebben teruggevonden, in de haven. Binnen een paar minuten rijden we in colonne achter Jaring aan. Het laatste stukje is nog even zoeken dus informeren we nog even bij Rommert naar de exacte locatie. Uit eindelijk zien we de auto staan en stoppen we voor een veld met allemaal meeuwen. Binnen een paar seconden is de kleine burrie dan eindelijk in beeld. Soort 297 voor Friesland is binnen. De 300 moet toch haalbaar zijn dit jaar? Ook Andries en Jan, die ons op de weg er naar toe zijn kwijtgeraakt, kunnen een paar minuten later ook aanschuiven. We zien ook nog een 4eKJ Pontische meeuw en een kleine mantelmeeuw. Na een minuut of twintig houden we het voor gezien, het is al donker en het begint opnieuw hard te regenen. Andries probeert als eerste weg te rijden, met nadruk op proberen. De auto doet niets (alweer een déjavu). We besluiten om met z’n allen de auto aan te duwen, met succes. Al toeterend rijdt Andries weg en wij volgen al gauw. Zeer tevreden, met voor Jacob en mij een nieuwe Friese soort, rijden we richting huis. Het wat moeite gekost, maar ondanks dat was een gezellige zondag.
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
Berichten 2012Resumé 2012 Archief
December 2012
|