Het jaar 2019 is bijna voorbij, tijd om terug te kijken op het afgelopen vogeljaar. Wat heeft 2019 allemaal opgeleverd, nieuwe soorten, is er ook nog iets gedipt, leuke waarnemingen, zelf ontdekt soorten en wat nog meer? ,Januari 2019 Het jaar 2019 begon met de gebruikelijke wintersoort, de ruigpootbuizerd. Verder deze maand leuke soorten zoals een aantal grauwe gorzen nabij Ravenswoud, kraanvogel en grote burgemeester die zich ophield bij Blija buitendijks. Deze maand geen echte zeldzaamheden in Friesland. Februari 2019 Deze maand komt wat betreft de zeldzaamheden voor een groot gedeelte overeen met januari. Ruigpootbuizerds, kraanvogel, grauwe gorzen en een witkopstaartmees waren de meest noemenswaardige soorten. Maart 2019 De eerste dag van maart begon wel gelijk spectaculair voor de Friese vogelaars. Eindelijk eens een twitchbare ringsnaveleend. En het mooie was dat Patrick en ik deze eend hebben gevonden. Een mooi mannetje zwom in het water van Ezumakeeg noord. Patrick zei heel droog, nadat hij net een seconde bezig was met scannen, volgens mij heb ik een ringsnaveleend. Voor veel Friese vogelaars was dit een nieuwe Friese soort. Een week later zijn Patrick en ik weer op pad en scannen de eenden bij het Egbert Schultingeiland nabij de sluizen van Lauwersoog. En eigenlijk één van de eerste eenden die ik zie is een mannetje ringsnaveleend. Hoe is het mogelijk. Een paar weken later zie ik waarschijnlijk de zelfde ringsnaveleend in een plas in de Ryptsjerksterpolder, op nog geen paar kilometer van mijn huis. Verder deze maand een aantal roodhalsganzen, een oehoe die eventjes op het Friese grondgebied zat en nog een witbuikrotgans. Deze soort was afgelopen winter helaas niet ruim bezaaid in Friesland. April 2019 April is de maand waarin de grote vogeltrek weer helemaal losbarst. Deze maand heb ik heel wat uurtjes doorgebracht op de dijk bij de Bantpolder. Vanwege de goede weersomstandigheden en wind uit de goede hoek, heeft dit heel wat leuke soorten opgeleverd. Hier de zeldzame soorten die ik vanaf de dijk gezien heb, kraanvogel, grauwe gors, grote pieper, meerdere roodpootvalken, zwarte wouwen, morinelplevieren en een steppekiekendief. Voor alle tellingen zie hier. In de Ezumakeeg zaten nog een paar steltkluten, een koereiger in de buurt van Anjum en een nieuwe tuinsoort in de vorm van een overvliegende zwarte ibis. Al met al een prima maandje, en dan moet mei nog beginnen. Mei 2019 De eerste leuke soorten volgden na een dagje Ameland. Samen met Andries en Robert hebben we de brilzeeeenden gezien die op de Noordzee zwommen vlak voor de kust van Ameland. Het kostte overigens aardig wat moeite. Leuke bijvangsten waren wat ijseenden en grote zeeeenden. De eerste Friese breedbekstrandloper van dit jaar liet zich zien op één van de gebruikelijke plekken, Ezumakeeg zuid. Een weekje later heb ik er ook eentje gezien bij de Bochtjesplaat samen met wat steltkluten. Tijdens de ToH-vogeldag vinden Jacob en ik een kleinst waterhoen op een paar kilometer van huis. Op diezelfde dag zien we ook drie witvleugelsterns over het Lauwersmeer vliegen. Een iberische tjiftjaf liet zich moeizaam horen nabij het Veenkloosterbos. Een zingende roodmus langs de kustweg (Groningen) sluit deze maand af wat betreft zeldzaamheden. Het is geen zeldzaamheid, maar een wielewaal die mij 's ochtends wakker maakte, moet toch zeker in dit jaarverslag genoemd worden. Wat een gave tuinsoort! Juni 2019 De maand juni leverde twee nieuwe soorten voor mij op. De eerste was een door Kees Bode gevonden kleine klapekster in de buurt van Grijpskerk. Helaas zat deze vogel net een paar kilometer te ver om er een Friese soort van te maken. Maar omdat ik deze soort een aantal keren gedipt heb, was ik er toch wel erg blij mee. De knaller van deze maand zat gelukkig wel in Friesland. Nabij Workum werd een Grijskopkievit gevonden. Een soort die ik kende van meldingen kort daarvoor in, naar ik meende in Noorwegen. Nu zat ie gewoon op Friese grond. Wat een soort en wat een twitch was dat. Mijn werk neergegooid, naar huis met de trein, Samen met Anita in de auto naar Workum. Onderweg een bericht krijgen dat de vogel weggevlogen is. Na een aantal minuten een bericht krijgen dat de vogel weer gezien wordt. De vogel zelf goed gezien, en weer terug naar huis om de trein te pakken om weer naar mijn werk in Groningen toe te gaan. En dat allemaal in ongeveer drie a vier uur. Andere leuke soorten waren een flamingo bij Wolvega en een zwarte ooievaar opnieuw op Gronings grondgebied nabij Zuidhorn. Deze kon ik vanuit de trein van Groningen naar Hurdegaryp waarnemen. Deze maand ook eindelijk weer eens grote weerschijnvlinders kunnen vinden in de Lendevallei. Hier ook vele gevlekte glanslibellen en sierlijke witsnuitlibellen. Erg leuk om te noemen was een bruin korenbout in de tuin. Ik eindig deze maand met de dip van dit jaar wat mij betreft, de zwartkopgors. Het was op zaterdag 9 juni dat deze vogel werd teruggevonden door Andries nadat deze een dag ervoor is ontdekt op de camping nabij Nes. Omdat ik op 9 juni verplichtingen had, kon ik helaas niet die kant uit. De volgende dag zijn Jacob en ik alsnog naar Ameland vertrokken. Maar na een hele dag zoeken gingen we zonder zwartkopgors naar huis. Het risico van het vak. Juli 2019 Deze maand begon met een wel hele ongewone Friese soort. De Schildraaf die eerder in Leens is gezien, was neergestreken in Burdaard. Is het een escape, wordt het een nieuwe soort. De discussie zal nog wel even duren. Maar het was een geweldig beest om te zien in ieder geval. Op het moment dat ik dit schrijf zit de Schildraaf nog steeds in Friesland. Al een aantal maanden verblijft de vogel in Leeuwarden. We zullen deze vogel gaan volgen. Leuke andere waarnemingen waren een witoogeend bij de Ezumakeeg noord, Zwarte ooievaar bij Beetsterzwaag. Soms in één beeld met een kraanvogel. Dit leverde Oost Europese plaatjes op. Op weg naar de zwarte ooievaar zag ik nog een boommarter die rustig de weg overstak. Een roepende draaihals op de Kale duinen was een leuke. De gebruikelijke slangenarend van het Fochteloerveen. Hier ook een adder en een gladde slang gezien. En zoals ieder jaar waren ook de veenhooibeestjes weer aanwezig. Augustus 2019 Augustus was ook een maand om nooit te vergeten. Net terug van een heerlijke vakantie in Slovenië moesten we in allerijl richting het wad bij Westhoek. Hier was door Wim van Zwieten een Alaskastrandloper gefotografeerd. Een mega en nieuwe soort voor Nederland, en weer in Friesland. Binnen de kortste keren stond de hele dijk vol met vogelaars en hadden we de vogel in beeld. Helaas op afstand, maar opvallen was hij wel. Augustus is ook de maand waarin Jacob en ik altijd de slaapplaatstelling reuzensterns voor Sovon doen. Tijdens zo'n telavond rijden we langs het huisje in de Bantpolder. Op het hokje dat in de tuin staat zie ik al rijdend in een flits een vogel zitten die bij de alarmbellen doet afgaan. Althans het is naar mijn idee geen algemene soort. Terug!! zeg ik tegen Jacob. Hij zet de auto in z'n achteruit totdat we op de hoogte zijn om snel even een blik te werpen om een algemene soort uit te sluiten. Het is een klauwierachtige!! We stappen voorzichtig uit en zetten de telescoop op. Het licht was niet optimaal, maar al snel komen we tot de conclusie dat het een isabel klauwier is, maar welke. We maken de waarneming bekend en al snel zijn de eerste vogelaars aanwezig. We komen tot de conclusie dat het een Daurische klauwier is. Jacob en ik hebben niet veel tijd meer, we moeten immers nog tellen. Dus we laten de vogel voor wat ie is. Diezelfde avond nog krijgen we berichtjes dat het mogelijk een turkestaane klauwier is. Dit zou voor mij een nieuwe soort betekenen. De daurische klauwier heb ik ooit op Vlieland gezien. De weken erna liet de vogel zich soms geweldig zien, dit tot grote ergernis van de bewoners. Die hadden het niet zo goed voor met de vele vogelaars die dagelijks rond het huis aanwezig waren. Gelukkig voor hen, is de vogel naar een aantal weken dan uiteindelijk vertrokken. De rust was weergekeerd. Deze maand heb ik dan ook eindelijk mijn schaamsoort weggewerkt. Eindelijk is het gelukt om de waterrietzanger te zien. Dit is een doortrekker in met name begin augustus. Dit is ook de periode dat ik vaak op vakantie ben in het buitenland. Dit was één van de redenen dat het mij maar niet lukte om deze vogel te zien. Maar het is goed gekomen en hoe. Ik zag de vogel kort maar krachtig in de Makkumer zuidwaard. Maar het wordt nog mooier. Op opnieuw een telavond kijken Jacob en ik naar een spannend steltje in de Bochtjesplaat. Ik hoor wat gebrabbel op de achtergrond. Ik doe deze af als rietzanger, het steltje heeft prioriteit. Niet veel later zit er een rietzanger in de top van een rietstengel. Die lijkt toch wel verrekt veel op een waterriet en ja hoor, het is er eentje. Op nog geen paar meter genieten we van deze vogel. Na deze waarnemingen kan ik weer met een gerust hart in augustus op vakantie. Het steltje hebben we vanwege de slechte waarnemingsomstandigheden moeten laten voor wat het was. Ook heb ik nog een andere min of meer schaamsoort weggewerkt, de graszanger. Helaas zat deze in het Groningse deel van het Lauwersmeer, maar dat maakt het niet minder mooi. Tijdens deze waarneming vloog er ook nog een zwarte ooievaar over. Andere leuke soorten deze maand waren grauwe franjepoot in de Keeg, Kraanvogels, roodhalsgans (escape) en Ross gans (escape). Verder nog genoten van de vele boomkikkers in het Fochteloerveen. September 2019 Deze maand weer een paar keer genoten van "mijn" turkestaanse klauwier. Het was de maand van de eerste deceptiontours van dit jaar (DT1). Het was niet een weekend met veel zeldzaamheden. We moesten het doen met de eerste bladkoningen van dit jaar en een sperwergrasmus. Verder deze maand nog een roodpootvalk in de Bantpolder en een juvenile witvleugelstern in de buurt van Marrum. Oktober 2019 Oktober is de maand van de ultieme najaarstrek. Ook deze maand was het weer raak. Het begon met een mega voor Friesland, een bruine klauwier op Vlieland. Helaas niet gevonden tijdens een DT. Andries en ik hoefden echter niet erg lang na te denken en gingen richting Vlieland. Het kostte nog wel enige moeite om de vogel te zien, maar uiteindelijk toch gelukt. Als bonus kregen we nog een overvliegende zeearend. Een nieuwe soort voor de Vlielandlijst. DT2 volgde met opnieuw niet spectaculaire soorten. Veel bladkoningen en een siberische tjiftjaf waren de meest noemenswaardige. Het weekend werd met een melding op zaterdagmiddag finaal op de kop gegooid. Er was een mirtezanger gevangen op Schiermonnikoog. Er werd overlegd over wat, wanneer en hoe om maar op Schiermonnikoog te komen. Uiteindelijk beslissen we met z'n allen om de volgende dag de eerste boot naar Harlingen te gaan. Andries had een watertaxi besteld die ons weer naar Schiermonnikoog moest brengen. Alles verliep voorspoedig. Behalve dan dat de mirtezanger de volgende ochtend maar niet teruggevonden werd. Toen we op de plek van de ontdekking aankwamen gingen de vogelaars die vanaf het eerste licht aan het zoeken waren geweest, weg om een bakje koffie te doen. Dit beloofde niet veel goeds. Ze waren bij wijze van spreken nog niet weg of er volgde een schreeuw en de vele vogelaars begonnen te rennen. De vogel is in beeld. Helaas de vogel was alweer gevlogen. Niet veel later werd hij teruggevonden. Wat er toen volgde staat nog steeds in mijn geheugen gegrift. Opnieuw rennende vogelaars, waarvan de ene na de andere onderuit ging op de gladde met mos begroeide duinen. Zelf ben ik één keer onderuit gegaan. Gelukkig had ik al snel de vogel in beeld en later nog twee keer, zodat ik niet meer hoefde te rennen. Nadat de vogel ongeveer in anderhalf uur een paar keer is gezien, liet hij zich in de middag niet meer vinden. Dit betekende dat er toch wel wat vogelaars waren die de vogel helaas niet hebben gezien. DT3 spande wel de kroon wat betreft zeldzaamheden. We waren nog geen paar minuten op het eiland aan het vogelen of we hadden al een paar pestvogels in de kijker. We maken wat foto's en fietsen weer verder. Dan volgt er een appje, bruine lijster!!!! Gevonden door Mark de Vries. We kijken elkaar aan, waar? In de duinen nabij de Ankerplaats. We fietsen alsof ons leven er van af hing. Al snel waren we op de plaats van bestemming. Het duurde daarna nog even, de vogel was uit beeld en zat ergens in de begroeiing. Uiteindelijk was het raak, de bruine lijster liet zich heel mooi bekijken in de top van een duindoorn. Wat een begin van het weekend. De volgende dag waren een tamme juvenile roodkeelpieper en een tamme rosse franjepoot de hoogtepunten. Een late gierzwaluw was ook nog mooi om mee nemen. Dit bleek achteraf, na raadplegen foto's, overigens een vale gierzwaluw. Kon slechter. Een zwarte rotgans voor de Vlielandlijst deed ook leuk mee. Het weekend werd op zondag afgesloten met een tamme blauwstaart. Mijn 2e voor Vlieland. De vogel liet zich wel heel mooi bekijken. Andere leuke soorten deze maand waren de drie koereigers in de Bantpolder en opnieuw zat er een amerikaanse smient in de Plasje nabij Harlingen. Het was een heerlijke maand wat betreft zeldzaamheden. November 2019 Een roze pelikaan op een paar kilometer van mijn huis was de eerste zeldzaamheid van deze maand. De vogel trok op met ooievaars en was een paar uurtjes ter plaatse. Op dit moment zit er een roze pelikaan in Gelderland ook in het gezelschap van ooievaars. Vermoedelijk hetzelfde exemplaar. Een dagje met noordwest 5 a 6 leverde bij Holwerd een mooi mannetje ijseend op. De volgende dag kwam de wind opnieuw uit noordwest, maar met kracht 3 moest het wel ophouden. Toch zijn Andries en ik vertrokken naar Ameland om samen met Robert over zee te gaan kijken. Dit leverde o.a. een vrouwtje ijseend, een ijsduiker, vele grote zeeeenden, een tamme middelste jager, een parelduiker en heel veel roodkeelduikers op. Op de terugweg hebben nog de kuifaalscholver in de haven ingetikt. Verder deze maand weer een aantal ruigpootbuizerds en witkopstaartmees. Het wintervogelen is weer begonnen. December 2019 De maand begint met een kuifaalscholver in de haven van Lauwersoog. Gevolgd door aardig wat ruigpootbuizerds her en der. De melding van vijf dwergganzen nabij Wijnjewoude waren voor mij de reden om het fotograferen van de bosuil te laten voor wat het was. Het was alweer heel wat jaartjes geleden dat er zo'n groepje in Friesland gezien was. De vogels lieten zich leuk zien. Verder was het aardig tam wat betreft soorten in Friesland. Eerder deze maand had ik ook al dwergganzen gezien, dit was in Noord Holland nabij Petten. Hoe kom ik daar beland? Dit had te maken met een megaklapper die gevonden was. Een kleine regenwulp die zich ophield tussen de wulpen op in de buurt van Schagen. Gezien de zeldzaamheid van deze soort in de WP en wereldwijd, begon het bij mij toch wel te kriebelen. Samen met Andries en Diedert ben ik dan toch naar Noord Holland afgereisd. Het koste behoorlijk wat moeite om de kleine regenwulp te vinden, maar uiteindelijk is het allemaal goed gekomen. Topsoort! Verder die dag nog andere Noord Hollandse specialiteiten opgerold zoals o.a. de eerdere genoemde dwergganzen, witbuik- en zwarte rotganzen, patrijzen (mega zeldzaam in Friesland), vrouwtje ijseend en een mannetje buffelkopeend. Al met al een succesvol dagje. 2019 was een jaar om niet snel te vergeten. In totaal heb ik tien nieuwe soorten gezien. Wat mijn totaal in Nederland brengt op 391 soorten. De Frieslandlijst is gegroeid met negen soorten tot in totaal 359 soorten. Een aantal leuke soorten zelf ontdekt. Al met al een topjaar!
Wat gaat het jaar 2020 brengen, wordt het weer zo'n geweldig jaar of wordt het een jaar van soorten schrapen. We zullen het zien. Ik hoop jullie in ieder geval weer regelmatig op de hoogte te houden via mijn belevenissen. Ik wens iedereen een fijn en een vogelrijk 2020.
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |